Een mysterieus orgel

In het najaar van 2003 werd de laatste fase van de restauratie van de Grote Kerk in Oosthuizen afgerond. Ook onderdelen van het orgel zijn toentertijd gerestaureerd. Na uitgebreid onderzoek, naar met name het pijpwerk, is een nieuwe visie ontwikkeld over het ontstaan van dit bijzondere instrument. De originele 16e-eeuwse aard is bewaard gebleven, en het geluid uit het orgel is zeer indringend en krachtig. 

De kracht van het geluid is niet alleen te danken aan de originele oude constructie van de pijpen en de hoge winddruk, maar ook dankzij de bijzondere stemming. In deze middentoonstemming zijn de belangrijkste toonaarden zo zuiver mogelijk gestemd, terwijl de overige toonaarden vals klinken. Dit beperkt het repertoire voor het orgel tot muziek gecomponeerd vóór ongeveer 1650. 

Componisten uit die tijd hielden rekening met de beperkingen die de middentoonstemming oplegt en maakten soms zeer inventief gebruik van de mogelijkheid iets vals te laten klinken. Muziek van Bach en latere componisten kan dus niet goed ten gespeeld worden op dit instrument.